Megan is 3 jaar. We zijn inmiddels wel gewend aan starende mensen, wijzende mensen, fluisterende mensen. Laatste tijd is het minder omdat je nu bijna niet meer kan zien aan Megan dat haar ‘iets mankeert’. Maar wat ik van de week meemaakte…Oef…De ouderen van tegenwoordig…
Starende blikken vol medelijden
De eerste anderhalf jaar van haar leven heeft Megan een neus-maagsonde gehad. Een slangetje in haar neus, vastgeplakt met een grote pleister op haar wang. Nogal ‘in your face’. Op openbare plekken voelde ik de mensen staren, wijzen en smoezelen. Een enkele keer keek een moeder mij aan met een blik vol medelijden. “Ahhhh, wat sneu”, en ze liep weg. Ik ben niet de persoon die er meteen wat van zegt maar in mijn gedachten heb ik bij al die mensen een sonde in hun neus gepropt. Lucht ook erg op.
Lachende kids met vragen
Aan de buitenkant kun je nu niet veel zien aan Megan. Haar sonde zit nu op haar buik, onder haar kleding. Dat haar rug vol zit met meningoceles, zie je ook niet. Ze loopt alleen (nog) niet. Duurt niet lang meer maar voor nu heeft ze nog haar loophulpmiddel nodig. De eerste paar keren hier in de straat, riepen wat vragen op bij de kinderen uit de buurt. Die kwamen op ons af: “Heeeeey, Megan! High five! Knuffel!” Om vervolgens aan mij te vragen: “Waarom loopt Megan met dat karretje?” Als ik dan vertel dat ze die nu nodig heeft om te lopen maar ooit wel zonder kan, krijg ik terug: “Oh, wat cool, wat goed Megan!”. Simpel he? En zo mooi. Daar kunnen ouderen nog wel wat van leren…
De ouderen van tegenwoordig
2019. We leven in 2019. Je zou denken dat we allemaal alles wel gezien hebben. We zijn zo tolerant, hebben normen en waarden en deugen tot de max. “De jeugd van tegenwoordig verpest alles”. En toch..Toch is het juist de jeugd die normaal doet, gewoon vraagt wat er is, Megan niet anders behandelt. De ouderen wijzen, smoezelen op een geluidsniveau van heb je daar (ze hebben je volgens mij in China niet gehoord ouwe), en gebruiken termen als gehandicapt, zielig en sneu. Megan en ik waren van de week bij de apotheek. Een ouder stel met een zwaar Amsterdams accent zit op de bank in de wachtruimte. We zijn met de kinderwagen, ik had haar loophulpmiddel niet mee (ooit komt er een bus waar alles in past). Omdat ze bij de dokter al een uur braaf stil heeft gezeten, laat ik haar lekker gaan. Ze schuift op haar kont door de hele wachtruimte. Ik voel dat het koppeltje het niet laten kan. En ja hoor: “Goh, kijk nou wat sneu. Ze is al best oud hè? Of niet? Volgens had ze al lang moeten lopen”. Hele gesprekken hebben ze met elkaar over mijn dochter en waarschijnlijk ook mijn kwaliteiten als moeder.
Wees als de jeugd van tegenwoordig
Heb ik er wat van gezegd? Nee, ik heb vol trots naar mijn dochter gekeken. Hoe ze door de wachtruimte ging, lachend, blij dat ze weer even kon bewegen. Blijkbaar zat het me toch dwars, dit stukje tekst telt al meer dan 500 woorden. Dus bij deze: Lieve (oude) mensen. Laat iedereen in zijn of haar waarde. Zie je iets ‘aparts’? Wil je echt per se weten waarom iemand in een rolstoel zit? Waarom dat kindje een slangetje in haar neus heeft? Vraag het dan op zijn minst gewoon netjes. Wijs niet en roddel niet, zeker niet op een niveau dat de mensen je horen. Wees als de jeugd van tegenwoordig.
Stomme mensen bestaan er toch😡
Dikke knuffel ❤
Er is nog niets veranderd. Was vroeger bij mij al. Kinderen zijn hard maar volwassenen nog veel harder. En komt dubbel aan.
Dikke knuffel voor jullie 😘😘😘
Dat soort lui houd je altijd. IQ van een visstick..
Weer mooi geschreven, lieverd. Het is ook zo. Kinderen zijn eerlijker en oprechter. En niet bang om te vragen.
Verbijsterd en sprakeloos en wat knap dat je niet reageert op die “o zo domme” mensen. Anno 2019.
❤️❤️❤️.
Wat een mooi kind van jullie ook oma en opa zullen erg trots op haar zijn van dichtbij kan ik vertellen dat ons buurmeisje ook zo begonnen is met lopen maar nu zien wij haar af en toe langs gaan en zelf standig met een trotse moeder ernaast veel geluk en plezier met jullie kind groeten Jaap een oude collega van opa
Gelezen, herkenbaar en interessant. Heel begrijpelijk ook, op alles reageren is niet te doen – doe ik ook vaker niet dan wel. Kost veel te veel energie en dat is het niet waard.
Maar in sommige gevallen mag je mensen best een beetje ‘opvoeden’ 🙂 Althans, een poging tot. Want het is een utopie om te denken dat mensen daardoor 180 graden veranderen. Dat zal ook niet. Noem het dan maar een signaleringsfunctie. En het belangrijkste, het is prettig(er) voor je eigen gemoed denk ik(?).
Als (nogmaals, als, als, als) je bv recht op de man/vrouw etc. af vriendelijk zou zeggen: ‘Mevrouw, wilt u wat weten over Megan? U mag het gerust vragen!’ (Of iets dergelijks. Je kaatst in ieder geval de bal op een beschaafde manier terug, zonder zelf veel moeite eraan te verspillen.)
Hoe hun reactie ook is, grote kans dat zíj zich dan doodschamen. En voilà, de rollen zijn omgedraaid.
Zou je door zoiets te doen een fijner (lees: opgelucht) gevoel hebben denk je? Of werkt dat niet zo voor jou/jullie? Want ik kijk vrijwel altijd positief terug op de keren dat ik zoiets heb gedaan.
En nogmaals, dodelijk vermoeiend om mensen aan te spreken op hun gedrag. Echt, doe ik ook niet. En ik heb de wijsheid ook niet in pacht. Het blijft een continue afweging: wel, niet, wel, niet. Doe vooral waar je je goed bij voelt zou ik zeggen. Maar zoals je zelf al typt, dit specifieke geval zat je toch dwars – logisch ook. Zodoende de reactie mijnerzijds 🙂
Fijn weekend!