Tranen van geluk, verdriet, spanning en angst. Toen je net geboren was wilde ik graag huilen, maar het lukte niet. Volgens de verpleging kwam dat door de adrenaline. Die tranen kwamen pas toen ik je weer voor het eerst zag. Op de Intensive Care van de Neonatologie. Je lag daar in couveuse nummer 8: het aapje. Ik dacht nog: aapje? Ze is een panda!
In de couveuse
Ons meisje, jij lag daar. Bedekt onder de kabels en slangen. Zuurstof kreeg je niet zei de verpleegkundige, het was enkel lucht wat met wat kracht in je neus blies. Op dat moment al apetrots (toch weer dat aapje…). Je voedingssonde zat in je mond, je lag aan de monitor en had een infuus. Zo ontzettend kwetsbaar. Elke keer als ik je zag liggen, kwamen de tranen. Maar ondanks de slangen, toeters en bellen zag je er goed uit. Niet heel klein, dun of doorzichtig. Je had zelfs een bos haar en nageltjes! Met jou knuffelen was zo fijn. Huid op huid, alles om ons heen verdween even. De slangen, toeters en bellen deden er even niet toe. We zijn verliefd! En toch moest ik huilen: waarom jij? Wat oneerlijk is dit!
Die tranen, die kwamen ook s’ nachts. Als mama wakker werd van de enorme spierpijn of om naar de wc te gaan. Want waar was jij? Waar is mijn kleine panda? Gelukkig heb jij een enorm lieve, sterke papa. Waar hij normaal zegt: “joh, daar hoef je toch niet om te huilen?”, zei hij: “toe maar, ik heb je vast.” Een week lang heb je daar gelegen, onder je tentje. Een week lang heb ik elke dag bij je couveuse gehuild. Op het laatste moment moest je nog even onder “de zonnebank”. Je was te geel. Ik zag het niet, je was perfect.
Verhuizen 2.0
Na die week kwam het goede nieuws: je gaat voor de 2e keer in je leven verhuizen: deze keer van Amsterdam naar Lelystad. En ja, weer tranen. Maar deze keer van geluk. En toch ook wel van angst, want: krijg je in Lelystad wel zulke goede zorg als hier?
Ons tweede ritje in de ambulance was een feit. Alleen deze keer niet met toeters en bellen en deze keer zat ik voorin en jij lag achterin. We waren niet zo snel als op de heenweg, maar ook nu waren we er zo. Je nieuwe plekje. Voor hoelang? Dat wisten we niet van te voren. Net zolang als jij nodig hebt. Jouw tempo, wij volgen wel.
De Neo-afdeling van Lelystad. Toch wat primitiever, wat ouderwetser, gewoon anders. Monique heette je welkom. Je lag met andere baby’s. Elk met zijn of haar eigen verhaal. Waar zijn de andere verpleegkundigen? Dat was het eerste wat ik dacht. Want in Amsterdam zorgde de ene dag Sarah-Linde voor jou en de andere dag Nancy of Stephanie. Bijna meer verpleegkundigen dan baby’s. En nu waren er veel meer baby’s dan verpleegkundigen. Maar jij had al die extra zorg niet meer nodig. Je was sterk genoeg. Wij kunnen dit!
Alleen naar huis
Tijd om naar huis te gaan. Mijn geluk kon niet op bij de gedachte dat ik ein-de-lijk in mijn eigen bedje mocht slapen. Maar het feit dat jij niet mee zou gaan, maakte mij verdrietig. Ik moest jou achterlaten. En weer kwamen de tranen…
Wauw, wat super mooi geschreven allemaal. Kippenvel bij sommige stukjes tekst 😘😘😘